Zo maak je korte metten met ‘spullenobesitas’
Onze huizen zijn volgepropt met kleding, boeken, tassen, servies, gereedschap, prullaria en heel veel, andere spullen. Zoveel, dat we vaak niet meer weten wat we hebben. Hoe maak je korte metten met deze ‘spullenobesitas’?
‘Elke dag als ik thuis kom uit mijn werk, volg ik dezelfde routine. Eerst doe ik de voordeur open en zeg tegen mijn huis: Ik ben er weer! Terwijl ik de schoenen oppak die ik gisteren heb gedragen en in de hal heb laten liggen, zeg ik ‘Bedankt voor het harde werken’, en zet ze in de schoenenkast. (…) Ik doe mijn jasje en jurk op een knaapje, zeg ‘Goed gedaan!’ en hang ze aan de deurknop van mijn kledingkast.’
Dit citaat komt uit het boek Opgeruimd van de populaire Japanse opruimgoeroe Marie Kondo, die sinds kort een serie op Netflix heeft. De sleutel tot succesvol opruimen is volgens Kondo om alleen de zaken te bewaren waar je echt van houdt, en de rest weg te doen. Wanneer je (veel) dingen weggooit, ga je je overgebleven bezittingen meer waarderen. Kondo is zelfs zo gek op haar weinige spullen dat ze er tegen praat.
Volgepropt huis
Die overdaad aan spullen is niet alleen slecht voor onszelf maar ook voor het milieu
Minder bezitten leidt tot meer geluk, stelt Kondo. Wie minder spullen heeft, heeft meer overzicht. Niet alleen over zijn huis, maar over zijn hele leven. Ook volgens opruimcoach Anne Edixhoven brengt het weggooien van spullen rust in je leven. ,,Veel mensen raken, vaak onbewust, gestrest door alle troep om hun heen. Ze hebben geen idee wat ze allemaal bezitten en zijn elke dag wel iets kwijt. Of ze komen niet meer aan hun hobby toe omdat ze eerst de hele tafel moeten leegruimen voordat ze eraan kunnen beginnen.”
Ze weet uit haar jeugd dat een volgepropt huis tot onrust en ruzie kan leiden. ,,Ik heb een heel fijne jeugd gehad, maar toen ik opgroeide was het vaak een rommel in huis. Ik mocht van mijn moeder geen vrienden mee naar boven nemen omdat het daar vol stond met verhuisdozen. Terwijl we er al tien jaar woonden. Dat gaf weleens spanning tussen ons. Ook mijn ouders maakten soms ruzie over alle spullen omdat mijn vader het lastig vindt om iets weg te doen. Toen ik op mezelf ging wonen, besloot ik het anders te doen.”
Blinde vlek
Die overdaad aan spullen is niet alleen slecht voor onszelf maar ook voor het milieu. Bij de productie ervan belanden schadelijke stoffen in de lucht, het water en de bodem. Bovendien kost het maken van spullen veel energie. Omdat de productie van veel spullen is verplaatst naar lagelonenlanden, hebben we dat niet zo in de gaten.
Volgens onderzoek van Babette Porcelijn, auteur van het boek De verborgen impact, veroorzaakt de gemiddelde Nederlander met zijn spullen meer schade aan het milieu dan met vlees eten, autorijden of vliegen. Voor de schadelijke impact van vliegen en vlees eten is inmiddels veel aandacht, maar de gevolgen van onze overdaad aan spullen blijven vreemd genoeg een blinde vlek”, aldus Porcelijn.
Afscheid nemen van spullen is echter geen gemakkelijke klus, weet Edixhoven. Volgens de opruimcoach, tevens afgestudeerd arts, is dat de schuld van onze genen. ,,Die zijn gewend aan een afwisseling van overvloed (oogst) en schaarste (winter). Daarom slaat ons lichaam voedsel in vet op, voor schaarse tijden. Datzelfde doen we met spullen. Alleen is er in onze westerse maatschappij constant overvloed en ontbreken tijden van schaarste.”
Weggooisessie
Zo kan het gebeuren dat we vijf scharen, twaalf jeans en 25 borden in huis hebben. ,,Het is logisch dat we de behoefte hebben om te verzamelen. Maar je kunt je gedrag wel veranderen als je je realiseert dat die drang bestaat’’, zegt de eigenaar van internetplatform Organiseer mijn Huis. De opruimcoach heeft een aantal tips om ontspullen gemakkelijker te maken. Zo raadt ze aan een weggooisessie in je agenda in te plannen. ,,Ontspullen betekent keuzes maken. Dat is vaak moeilijk en kost tijd. Maak het tot een prioriteit door er tijd voor vrij te maken.’’ Tip: plan ook een afspraak met de kringloopwinkel in aan het einde van de dag. Vaak komen ze de overbodige spullen gratis ophalen en hoeven ze van tevoren niet te weten wat je in de aanbieding hebt.
Ook Porcelijn vindt het belangrijk dat spullen een tweede leven krijgen. ,,Als je iets weggooit, dan is de impact op het milieu vanaf dat moment voor niets geweest.” Dus breng ze naar de kringloop, zet ze op Marktplaats of word lid van een online weggeefhoek en laat ze gratis ophalen. Echte troep kan naar een gemeentelijk afvalstation om gerecycled te worden.
Het lastigst om weg te doen zijn spullen met een emotionele waarde, zoals foto’s, cadeaus en spullen waar een herinnering aan vastzit. ,,Het sentimentele goud bewaar je natuurlijk. Maar voor veel spullen geldt dat je door de emotie heen moet en je er daarna met gerust hart afscheid van kunt nemen. Ik zeg tegen klanten: herinnering zit in je hart, niet in het object.” Beloon jezelf na een lastige dag opruimen. Edixhoven: ,,Natuurlijk niet door iets nieuws te kopen, maar door iets te doen waar jíj blij van wordt, maak een strandwandeling of ga uit eten.”
Minder kopen
De échte oplossing zit hem natuurlijk in minder kopen. ,,Net als in geneeskunde is preventie het best. Bewaak wat je in huis haalt”, zegt opruimcoach Edixhoven. Porcelijn is het daar roerend mee eens. ,,Het is toch vreemd dat we ons aan de ene kant helemaal ongans kopen aan spullen, en vervolgens zelfhulpboeken nodig hebben om die spullenobesitas te beheersen? Minder kopen klinkt niet sexy, maar misschien worden we er wel gelukkiger van. Het tegendeel is in elk geval waar: van veel spullen word je niet gelukkig. Er is niemand die op zijn sterfbed denkt: ik heb een goed leven gehad, want in 2011 kocht ik de nieuwste iPhone.”
Iets voor jou?
1. Ik ben elke week wel iets kwijt.
2. Er hangt kleding in mijn kast die ik al langer dan een jaar niet heb gedragen.
3. Als ik aan tafel een krant wil lezen, moet ik eerst ruimte maken.
4. Ik weet niet hoeveel paar schoenen ik bezit.
5. Er staan meer dan vijf boeken in mijn kast die ik nog moet lezen.
6. Het aanrecht in mijn keuken is altijd slordig.
7. Als ik somber ben, ga ik winkelen.
8. Er staan dozen in mijn huis waarin ik meer dan een jaar niet heb ingekeken.
9. Ik maak met mijn huisgenoten/gezin weleens ruzie over de troep in huis.
10. Ik huur opslagruimte.
Als je op drie of meer vragen ‘ja’ hebt geantwoord, dan kan ontspullen jou helpen.
Zo maak je korte metten met je ‘spullenobesitas’
About the Author
Irene van den Berg is onafhankelijk (onderzoeks)journalist en schrijft over sociale en ecologische kwesties, zoals armoede, klimaatverandering en de keerzijde van de consumptiemaatschappij. Haar publicaties verschijnen onder meer in OneWorld, NRC en Vrij Nederland.
Related Posts
Ruim baan voor de vette snack: gemeenten roepen de opmars van fastfood geen halt toe →
Twijfels over Haags fastfoodplan: De winkelstraat uit, de kwetsbare wijk in →
Overlast en obesitas, maar niemand stopt de opmars van fastfoodketens in Rotterdam →
