Published on december 18th, 2021 | by Irene van den Berg
0Wat mij betreft hoeven we elkaar niet te missen
Ruim vijf jaar geleden kreeg ik van deze krant de vraag of ik een column wilde schrijven over financiële psychologie. Een mooie opdracht: wetenschappelijk onderzoek toont aan hoe belangrijk de invloed van psychologie is op de economie. Weg met de homo economicus, het mensbeeld waarin we vooral economische wezens zijn, altijd rationeel en vooral gericht op bevrediging van onze eigen behoeftes. Wie meer wil begrijpen van economie, moet erkennen dat mensen soms keuzes maken die niet in hun eigen belang zijn. De ene keer uit empathie, de andere keer uit menselijke zwakte.
Voor deze column verslond ik boeken over (financiële) psychologie. En ik leerde bijvoorbeeld hoe schulden het brein in beslag nemen, waardoor er weinig ruimte overblijft voor andere dingen. Dat verklaart waarom mensen met geldproblemen dingen nalaten die hen op lange termijn uit de financiële problemen helpen. Zoals het zoeken van een baan of op tijd komen op een afspraak met schuldhulpverlening. Zo’n inzicht is cruciaal om armoede te begrijpen.
Maar soms benauwde het keurslijf van de column me ook. Onze financiële blinde vlekken bieden niet altijd een verklaring voor armoede en ongelijkheid in de samenleving. Soms ligt de schuld bij een hardvochtige overheid die burgers wantrouwt en onder de voet loopt, zoals in de toeslagenaffaire. Of bij bedrijven die zzp’ers en flexwerkers uitknijpen en te weinig oog hebben voor de gevolgen van hun handelen op de maatschappij.
Ik heb de afgelopen jaren veel leuke reacties ontvangen. Ik heb ze niet allemaal beantwoord, maar wel allemaal gewaardeerd
Ook op het gebied van klimaat is onevenredig veel aandacht voor het gedrag van het individu. Terwijl de burger allerlei tips krijgt om zijn leven te vergroenen, lobbyen gevestigde belangen – zoals de fossiele industrie en agrarische sector – achter de schermen om zoveel mogelijk bij het oude te laten. Dat wilde ik mijn columns niet onbeschreven laten. Vooral niet omdat ik naast columnist ook onderzoeksjournalist ben die zich verdiept in de macht van het grote bedrijfsleven.
Dit is een afscheidscolumn, wellicht had u dat inmiddels door. Volgend jaar krijgt iemand anders dit mooie podium. ‘Te politiek voor een column op deze plek’, was de meest concrete uitleg die ik kreeg. En na wat zelfreflectie, ik wist al een tijdje dat ik moest stoppen, kan ik alleen maar beamen dat mijn columns politieker zijn geworden. Of het ‘te’ is hangt denk ik af van u, de lezer, en uw blik op de wereld.
Ik wil u – trouwe lezer van mijn column – heel graag bedanken. Ik heb de afgelopen jaren veel leuke reacties ontvangen. Ik heb ze niet allemaal beantwoord, maar wel allemaal gewaardeerd. Net als de kritische reacties trouwens (behalve die enkele keer dat het wel erg op de persoon gespeeld werd). Want een column waar iedereen het mee eens is, is geen goede column.
En ik wil benadrukken dat ik alleen gedag zeg als columnist op deze plek in de krant. Als journalist laat ik u niet met rust. Of beter gezegd: ik blijf de politiek en het bedrijfsleven lastig vallen. Niet met mijn mening maar met mijn vragen. Zodat ik u hopelijk beter kan informeren over wat er écht aan de hand is. Ik werk aan een paar mooie onderzoeksprojecten en een verhalenserie voor deze krant. Wat mij betreft hoeven we elkaar dus niet te missen.
Wat mij betreft hoeven we elkaar niet te missen