Published on juni 4th, 2019 | by Irene van den Berg
0Wat gaat er om in het hoofd van klimaatontkenners?
Ondanks het overweldigende wetenschappelijke bewijs dat klimaatverandering wordt veroorzaakt door de mens, groeit het aantal klimaatsceptici. Wat gaat er in hun hoofd om?
Bijna een derde (31 procent) van de Nederlanders denkt dat mensen geen rol spelen bij klimaatverandering. Vorig jaar was dit nog 23 procent. Steeds minder Nederlanders geloven dus dat de mens verantwoordelijk is voor de opwarming van de aarde. Dit blijkt uit een recent onderzoek van EenVandaag. De groep ‘klimaatontkenners’ heeft weinig vertrouwen in klimaatwetenschappers, zo blijkt uit dezelfde enquête. Maar liefst 36 procent van de 27.000 ondervraagden gaf aan klimaatwetenschappers niet te geloven of op zijn minst te twijfelen aan hun uitspraken. Hoe komt dat? Waarom vinden zij hun eigen mening zwaarder wegen dan de bevindingen van honderdduizenden wetenschappers?
Volgens socioloog Jaron Harambam, die aan de Rotterdamse Erasmus Universiteit promoveerde op een onderzoek naar complotdenkers, twijfelen veel klimaatsceptici aan de invloed van de mens op de opwarming van de aarde, juist dánkzij de wetenschappelijke consensus die over het onderwerp bestaat. Dat 97 procent van de klimaatwetenschappers het met elkaar eens zijn, vinden zij eerder verdacht dan overtuigend. “Veel klimaatsceptici vrezen voor dogmatisme: dat iedere mening die van de consensus afwijkt wordt gemarginaliseerd of geridiculiseerd”, legt Harambam uit.
Achterdocht jegens wetenschappers komt, volgens Harambam, vaak ook voort uit een wantrouwen tegen de heersende elite. Uit het onderzoek van EenVandaag bleek dat er zich onder PVV- en FvD-kiezers veel klimaatsceptici bevinden. Niet toevallig twee partijen die zich sterk afzetten tegen de gevestigde orde. Volgens de socioloog vrezen sommige klimaatsceptici dat wetenschappers onder één hoedje spelen met politieke elite en de top van het bedrijfsleven. Harambam: “Zij stellen dat de wetenschap te dicht op de industrie zit en trekken haar onafhankelijkheid in twijfel.”
Een andere groep klimaatsceptici is meer ideologisch ingesteld, een stroming die vanuit de Verenigde Staten naar Nederland overwaait. Uit onderzoek van onderzoeksbureau Ipsos blijkt dat inwoners van de VS het meest sceptisch zijn: slechts 33 procent van de Amerikanen gelooft dat de mens hoofdverantwoordelijk is voor de opwarming van de aarde. Volgens Harambam komt dat voort uit een ‘ideologische weerstand tegen collectieve maatregelen.’ “Veel Amerikanen hebben een diepgeworteld geloof dat overheidsbemoeienis hun vrijheden ernstig aantast.” Deze overheidsafkeer komt wellicht voort uit de manier waarop de VS is ontstaan: door kolonisten die het land innamen en ontgonnen. Het individu maakte Amerika, zo is het gevoel van veel Amerikanen, niet de overheid.
Levensovertuiging
In Nederland beginnen die gevoelens volgens de socioloog ook wortel te schieten. “Bij veel klimaatsceptici zit een grote weerstand tegen de klimaatmaatregelen die de overheid aan burgers wil opleggen.” En daarbij draait het niet alleen om geld. “Het gaat veel verder dan de vraag: wie moet voor de kosten opdraaien? Het gaat om een aantasting van hun vrijheden, hun wereldbeeld. Voor sommige klimaatsceptici staat hun levensovertuiging op het spel”, aldus Harambam. Wetenschappers en politici begrijpen dat niet altijd. “Ze gaan vaak veel te veel op de feiten zitten en begrijpen de gevoelens van sceptici niet.”
Ook psycholoog Jan-Willem van Prooijen stelt dat je klimaatsceptici niet bereikt met droge, feitelijke informatie. Hij doet onder meer onderzoek naar ‘wetenschapsontkenners’ en stelt dat zij een groot vertrouwen hebben in hun intuïtie. “Mensen met een intuïtief wereldbeeld vertrouwen eerder op hun eerste ingeving en schuiven de wetenschap vervolgens terzijde. Wetenschap vereist slow thinking en daar zijn wetenschapsontkenners minder goed toe in staat. Zij scoren gemiddeld slechter op analytisch vermogen”, aldus Van Prooijen.
Maar hoe zit het dan met klimaatsceptici die er hun levenswerk van maken om op zoek te gaan naar ‘alternatieve feiten’? “Dat is motivated reasoning: het redeneren in de richting van conclusies waarin je graag wil geloven. Als je bijvoorbeeld niet gelooft in klimaatverandering, dan hoef je je gedrag ook niet aan te passen”, verklaart de psycholoog. En dat komt goed uit.
Gemotiveerd redeneren is gedrag dat voortvloeit uit de confirmation bias: een andere term uit de psychologie, die slaat op de neiging om vooral te zoeken naar bewijs dat de eigen, al bestaande, hypothese ondersteunt. Mensen merken zulk bewijs eerder op en onthouden het beter. Dit doen we, vaak onbewust, om cognitieve dissonantie te voorkomen. Dit is de spanning die we ervaren als we verschillende waarheden in ons hoofd niet met elkaar kunnen rijmen. Voor rokers is het bijvoorbeeld lastig om ‘Ik rook’ te combineren met ‘Roken vergroot de kans op kanker.’ Zo kan ook ‘Ik ga met het vliegtuig op vakantie’ in relatie tot ‘Vliegen draagt bij aan het broeikaseffect’ onbehagen opleveren. En klimaatverandering ontkennen maakt een einde aan dat ongemak.
Volgens Harambam wordt sceptici vaak onterecht verweten dat ze hun kop in het zand steken en de feiten niet onder ogen willen zien. “Veel klimaatsceptici zijn wel op zoek naar feiten. Zij produceren echter ándere feiten en trekken de bestaande in twijfel.”
Hoe overtuig je ze?
Dat steeds minder mensen geloven dat de aarde opwarmt door toedoen van de mens, is een bijzonder zorgelijke ontwikkeling. Hoe kun je deze groeiende groep klimaatsceptici overtuigen? “Ik denk dat meer moet worden stilgestaan bij de emoties van de twijfelaars, in plaats van alsmaar op de feiten te gaan zitten”, zegt Harambam.
Ook vindt hij het belangrijk om bloot te leggen welke krachten er in Nederland achter het online promoten van klimaatontkenning zitten. “Er is een aantal sociale mediaplatformen waarop dat veel gebeurt. Ik wil graag weten door wie deze partijen worden betaald.” Hij verwijst naar het boek en de documentaire Merchants of Doubt over de marketingtechnieken die de tabaksindustrie inzet om de gezondheidsrisico’s van roken te verdoezelen, zoals het betalen van (onbetrouwbare) wetenschappers om twijfel te zaaien. De documentairemakers maken zich zorgen dat de (fossiele) industrie dezelfde tactieken gebruikt om twijfel over klimaatverandering te creëren. Olieconcern ExxonMobil ondersteunt bijvoorbeeld lobbygroepen die de wetenschappelijke consensus over klimaat ontkennen.
Harambam ziet ook wat níet helpt: “Iedereen met een afwijkende mening op het gebied van het klimaat, een klimaatscepticus noemen. Er is een hoop diversiteit binnen de groep mensen die zich verzetten tegen het dominante klimaatopwarmingsverhaal. Mensen die vooral bang zijn voor dogmatische wetenschap zijn bij andere tegenargumenten gebaat dan mensen die een afkeer hebben van de elite. En klimaatontkenners die zich zorgen maken over de kosten van een duurzamere maatschappij zijn wellicht te overtuigen met een goede financiële onderbouwing. Maar mensen met een ideologische afkeer van overheidsbemoeienis overtuig je daar volgens de socioloog niet mee. “Ze allemaal over één kam scheren leidt in ieder geval niet tot goede analyse, noch tot oplossingen.”
Wat gaat er om in het hoofd van klimaatontkenners?