Published on november 3rd, 2021 | by Irene van den Berg
0Waarom gaat ‘Stoptober’ niet over ontbossing en kinderarbeid?
De tabaksindustrie is verantwoordelijk voor kinderarbeid en grootschalige milieuvervuiling. Toch hebben we, ook tijdens ‘Stoptober’, nauwelijks aandacht voor die kant van het verhaal. ‘De helft van de ontbossing in Angola, Malawi, Tanzania en Zimbabwe komt door de tabaksindustrie.’
Het is de dodelijkste industrie ter wereld, nog fataler dan de wapenindustrie: de tabaksindustrie. Volgens Amnesty International sterven er wereldwijd jaarlijks een half miljoen mensen in gewapende conflicten. Roken jaagt jaarlijks wereldwijd maar liefst meer dan zeven miljoen mensen de dood in. In Nederland laten jaarlijks 20.000 mensen het leven door de gevolgen van roken. De helft van hen nog voordat zij met pensioen konden gegaan.
Niet zo vreemd dus dat er ontzettend veel aandacht is voor de gezondheidsrisico’s van roken. Deze maand, tijdens ‘Stoptober’, worden Nederlanders uitgedaagd te stoppen. De stopmaand is een initiatief van onder meer KWF Kankerbestrijding, de Hartstichting, het Longfonds, het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport en het Trimbos-instituut. Deze organisaties benadrukken dat stoppen met roken belangrijk is voor je gezondheid. Maar over de klimaat- en sociale impact van roken reppen zij in hun campagnes met geen woord. Waarom?
Ontbossing en andere milieuproblemen
Voor de productie van tabak wordt veel tropisch bos gekapt. Voor de productie van de 6 biljoen sigaretten, die de wereldbevolking jaarlijks oprookt, is bijvoorbeeld 5,3 miljoen hectare land nodig, meer dan de totale oppervlakte van Nederland. In de Miombo bossavanne – een enorm gebied verspreid over onder meer Angola, Malawi, Tanzania en Zimbabwe – wordt zeker de helft van de jaarlijkse ontbossing toegeschreven aan de tabaksindustrie
Behalve ontbossing veroorzaakte de industrie meer milieuproblemen. Voor het verbouwen van tabak zijn veel pesticiden nodig, die zowel slecht zijn voor de boer als voor de leefomgeving. Bij de productie van tabakswaar komt bovendien CO2 vrij, onder meer door het gebruik van fossiele grondstoffen. Onderzoekers van het Imperial College London berekenden in 2018 dat de tabaksindustrie jaarlijks 84 miljard kilo aan broeikasgassen uitstoot. Dat is ongeveer 0,2 procent van de jaarlijkse totale uitstoot van de hele wereld. Dat lijkt misschien weinig, maar, zo stellen de onderzoekers: “De CO2-voetafdruk van tabak is bijna net zo hoog als de uitstoot van hele landen, zoals Peru en Israël.”
Beperkte middelen en handelingsperspectief
Dat deze milieuvervuiling niet op de radar staat van goede doelen als KWF Kankerbestrijding en de Hartstichting, is begrijpelijk. Maar ook bij milieuorganisaties zoals Greenpeace, Milieudefensie en MilieuCentraal blijkt milieuschade van de tabaksindustrie buiten het vizier te vallen, zo blijkt uit navraag. Ondanks de vervuiling die de tabaksindustrie veroorzaakt, koppelt Milieudefensie roken vooral aan gezondheid. “In de eerste plaats is dit een gezondheidsissue en daar zijn andere ngo’s al mee bezig gelukkig”, aldus Jasperine Schupp, woordvoerder van Milieudefensie.
Milieudefensie richt zijn pijlen vooral op industrieën met een grote CO2-uitstoot, zoals oliebedrijven en de zware industrie, net als Greenpeace. “Milieudefensie concentreert zich voornamelijk op onderwerpen waar grote klimaatwinst is te behalen”, verklaart Schupp. Zo besteedt de milieuorganisatie veel aandacht aan de Klimaatzaak tegen Shell. “Er zijn heel veel onderwerpen die onze aandacht verdienen, maar onze mensen en middelen zijn niet eindeloos. Wij focussen ons op de vervuilers met de allergrootste CO2-uitstoot, zoals de olie-industrie en bedrijven als Tata Steel, om zo de meeste impact te maken”, reageert Saskia van Aalst van Greenpeace. En dus belandt de tabaksindustrie op het bordje van goede doelen als KWF Kankerbestrijding, de Hartstichting en het Longfonds.
Van Aalst: “Gelukkig zijn er veel andere partijen die zich al met succes bezig houden met de lobby tegen roken.” Maar richten die zich niet te vaak op de consument in plaats van op de industrie? Nee, vindt Van Aalst: “De anti-rokenlobby heeft het voor elkaar gekregen dat de tabaksindustrie geen reclame mag maken en dat ze haar producten op steeds minder plekken mag verkopen. Ik weet zeker dat de industrie daar niet blij mee is. En wij als Greenpeace geloven in die aanpak van systeemverandering: niet de consument verantwoordelijk maken voor de omslag maar de industrie en de overheid.”
Voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal, die praktische tips geeft voor een duurzamer leven, rept met geen woord over de klimaatimpact van roken. “Als Milieu Centraal kijken wij naar de milieuaspecten waar wij voor consumenten handelingsperspectief zien. Bij het stoppen met roken denken wij dat dit weinig helpt.” Milieudefensie sluit zich daarbij aan. Schupp verwacht niet dat aandacht voor de vervuiling, die de tabaksindustrie veroorzaakt, rokers zou stimuleren om te stoppen. “Verslaving is heel complex en het is voor rokers erg moeilijk om te stoppen omdat nicotine zeer verslavend is. Stoppen hangt samen met vele factoren, zoals genen, omgeving en stress”, verklaart Schupp.
“Wel is het in het kader van zwerfafval een zeer belangrijk onderwerp”, aldus Mariska Joustra van Milieu Centraal. En dat mag de consument oplossen. Want zo tipt Milieu Centraal op haar website: ‘gooi afval, ook kleine dingen zoals kauwgom, sigarettenpeuken of tissues, altijd in een openbare vuilnisbak’.
Kinderarbeid
De tabaksindustrie is niet alleen vervuilend maar vergroot ook de sociale onrechtvaardigheid in de wereld. 90 procent van de tabak wordt verbouwd in armere landen als India, Zimbabwe, Pakistan en Malawi. Het zijn vooral kwetsbare gemeenschappen die last hebben van de druk die de tabakssector op ecosystemen en natuurlijke hulpbronnen legt. De productie van tabak vergroot het voedsel- en watertekort waar deze landen onder gebukt gaan, terwijl de tabak vooral bedoeld is voor de export.
Bovendien vindt er op de tabaksplantages kinderarbeid plaats. Onderzoeksjournalisten van The Guardian ontdekten in 2018 dat kinderen in Malawi door hun straatarme ouders van school werden gehaald om op de tabaksvelden te werken. En op zeven van de tien plantages die de journalisten in Mexico bezochten waren kinderen aan het werk. Naar aanleiding van het onderzoek van The Guardian spanden Britse advocaten namens duizenden Malawese tabaksarbeiders en hun families eind 2020 een rechtszaak aan tegen British American Tobacco en Imperial Brands. Deze loopt nog.
Uitbuiting door de tabaksindustrie lijkt typisch een kwestie voor OxfamNovib, een non-profitorganisatie die strijdt voor een rechtvaardige wereld zonder armoede. Toch zijn er geen campagnes van OxfamNovb tegen de tabaksindustrie. “Wij richten ons vooral op de voedingsindustrie en de financiële sector. Het is een strategische keuze om ons te focussen op een beperkt aantal onderwerpen en hebben gekozen voor deze twee”, vertelt Anouk Franck, beleidsmedewerker bij Oxfam Novib.
Overeenkomsten met koffie en cacaoindustrie
Het nadeel daarvan is, dat terwijl tabak een blinde vlek blijft, er veel overlap op andere gebieden. Zo richten zowel OxfamNovib, Greenpeace als Milieudefensie zich op de misstanden rondom palmolie, waaronder ontbossing, kinderarbeid en het overmatig gebruik van pesticiden. Franck ziet veel overeenkomsten met de misstanden in de voedingsindustrie. Ook op koffie- en cacaoplantages werken bijvoorbeeld nog steeds vaak kinderen, krijgen de boeren slecht betaald en worden er bossen gekapt voor de plantages. “Maar omdat je tabak niet kunt eten, valt dat buiten onze focus”, aldus Franck.
Ze wijst wel op algemene campagnes van OxfamNovib die zich richten op een systeemverandering. Zo pleit OxfamNovib voor meer klimaatrechtvaardigheid omdat zij constateert dat machthebbers en vervuilers de prijs voor klimaatverandering vaak bij de kwetsbaarste mensen neerleggen, zoals ook gebeurt door de tabaksindustrie. OxfamNovib dringt dan ook bij de overheid aan op meer klimaatsteun voor kwetsbare landen, waarmee ze zich kunnen beschermen tegen extreem weer. Denk aan geld voor dijken of nieuwe zaden en gewassen.
Greenpeace sluit niet uit zich in de toekomst aan te sluiten bij een campagne tegen de tabaksindustrie. “Voor schone lucht, gezondheid of het klimaat, we kijken altijd waar we een verschil kunnen maken”, zegt woordvoerder Van Aalst. Franck van Oxfam Novib ziet nog wel een pijnpuntje. “Als we campagne voeren voor betere arbeidsomstandigheden in de tabaksindustrie, houden we daarmee ook een industrie in stand die jaarlijks miljoenen doden op haar geweten heeft. Dat is wel een dilemma.”