Published on oktober 31st, 2020 | by Irene van den Berg
0Links vergeet de meest kwetsbaren
De keuze voor wel of geen strenge lockdown is er één uit twee kwaden. De argumenten van de voorstanders zien we iedere avond bij Op1. Bij ons thuis CoronaOp1 genoemd. Maar er zijn ook tegenargumenten, bijvoorbeeld dat een slot op de maatschappij net zo goed dood en verderf zaait. Arme mensen leven 6 tot 9 jaar korter en het aantal zelfdodingen neemt waarschijnlijk fors toe. Bovendien houdt onze economie niet op bij de grens. Elders in de wereld sterven mensen van de honger, omdat wanneer wij hier de hele boel dicht gooien.
Wat ik maar wil zeggen, het is niet per definitie sociaal en opofferingsgezind om voor een algehele lockdown te zijn. Zeker niet omdat we inmiddels uit ervaring weten dat een lockdown de kloof tussen arm en rijk vergroot en de meest kwetsbare mensen het hardst raakt. Tijdens de eerste lockdown verloren veel daklozen hun slaapplaats. Seizoensarbeiders en schoonmakers, die vaak niet bij de Belastingdienst staan geregistreerd, raakten aan de bedelstaf. Ook voor mensen met een klein sociaal netwerk en psychische problemen was de lockdown verwoestend.
Voor veel mensen onder de vijftig uit de lagere sociaal-economische klassen zijn de coronamaatregelen gevaarlijker dan het virus. Ooit konden deze kwetsbare groepen terecht bij traditioneel linkse partijen als de PvdA en de SP. Maar zij hebben het voeren van oppositie verengd tot de roep om een nog strenger coronabeleid. Links laat haar oren vooral hangen naar een veel mondiger deel van de achterban: het zorgpersoneel, de leraren en de vakbonden. De armste kiezers staan duidelijk niet op één.
Alle aandacht gaat nu uit naar de fysiek kwetsbaren. Voor mensen die sociaal of economisch fragiel zijn, is er weinig oog. Terwijl ook hun welzijn, gezondheid en zelfs hun leven ook op het spel staat. Opvallend genoeg is dat besef er nog meer bij het centrumrechtse kabinet – Rutte noemde dinsdag eenzame ouderen en jongeren met psychische problemen als reden om de regels (nog) niet te aan te scherpen – dan bij de linkse oppositie.
Hoogleraren Marli Huijer en Rudi Westendorp pleitten er afgelopen zaterdag in deze krant voor om met het virus te leren leven, zonder de samenleving kapot te maken. In de politiek is die opvatting nog taboe. Politiek redacteur Aukje van Roessel schreef vorige week in de Groene Amsterdammer dat ze wel geluiden hoort in de Tweede Kamer hierover. Maar: ,,Niet openlijk of tijdens een debat. Dan koersen de critici niet aan op ‘ermee leren leven’, nee, zij willen eerder én harder met de hamer slaan.’’
Ik vrees dat links te weinig lef heeft om openlijk kritisch te zijn ten opzichte van het luidruchtige deel van haar achterban. En dus wordt een strenge lockdown gepresenteerd als de enige sociale optie. Kwetsbare kiezers die ervaren dat het medicijn erger is dan de kwaal, blijven vertwijfeld achter. Het zou mij niet verbazen als populistisch rechts, die een deel van deze groep beter weet aan te spreken, een flinke winst boekt bij de komende verkiezingen. Het gevaarlijke is dat binnen hun achterban ook de besmettelijke mening rondwaart dat de kwaal helemaal niet bestaat.
Voor mensen uit de lagere sociaal-economische klassen zijn de maatregelen gevaarlijker dan het virus