AD Economie

Published on augustus 1st, 2020 | by Irene van den Berg

0

Die nertsen, dat kan dus echt niet meer

Het druist in tegen ons fatsoen het verdorven businessmodel van de nertsenfokkerij nog 4 jaar te tolereren.

Deze week werd opnieuw het coronavirus vastgesteld bij een nertsenfokkerij in Brabant. Duizenden dieren werden over de kling gejaagd. Pardon, geruimd. Sinds de coronacrisis zijn er in Nederland naar schatting 1 miljoen nertsen gedood. Daar is weinig ophef over. Misschien komt dat doordat het leven van de dieren zo ontzettend miserabel is, dat een vroegtijdig einde eerder een zegen dan een misstand lijkt. De moederdieren, die in kleine getraliede kooien leven, zijn fokmachines die pups baren die stuk voor stuk worden geëlektrocuteerd of vergast. Hoe erg is het dat hun ellendige leven ophoudt?

Ik kan u nog meer gruwelijkheden voorschotelen, maar dat is helemaal niet nodig. U bent het namelijk met mij eens. Of u nu links of rechts bent, conservatief of progressief, religieus of niet, u heeft voldoende fatsoen in uw donder om te beseffen dat de pelsdierhouderij een verdorven businessmodel is; en het vak van nertsenfokker een onethisch beroep. Het vastzetten en mishandelen van dieren om er een jas of muts van te maken, is wreed en immoreel. Dat vindt u ook.

Als we honderd jaar geleden waren geboren, hadden we wellicht een andere mening gehad . De publieke opinie wordt immers beïnvloed door tijd en plaats. Ooit werd anders aangekeken tegen ‘beroepen’ als beul en slavenhandelaar – wie denkt dat ik een nertsenfokker vergelijk met een slavenhandelaar, moet de voorafgaande zinnen nogmaals lezen – en veel Spanjaarden oordelen positiever over stierenvechters dan de gemiddelde Nederlander, al wordt het geluid van critici daar ook steeds sterker. Ik zie dat als voortschrijdend inzicht. Het is mooi dat onze morele normen niet alleen zijn gebaseerd op de rechten van mensen, maar steeds vaker ook op het welzijn van dieren.

Als we het er als maatschap­pij over eens zijn dat bepaald gedrag immoreel is, dan moet je daar mensen niet nog meer dan tien jaar lang mee laten doorgaan, met enkel en alleen een financieel argument.

Ik denk dan ook dat er een tijd komt dat mensen met een andere blik gaan kijken naar slachters, slagers en varkens- en kippenboeren. Maar zover is het nog niet. Zolang deze generatie Nederlanders gemiddeld meer dan 77 kilo vlees per jaar verorbert, en dan het liefst van het goedkoopste soort, kan de vleesindustrie veel kritiek terecht afdoen als hypocriet.

Anders ligt het bij nertsenfokkers. Al decennia lang zetten veel mensen hun vraagtekens bij de pelsdierhouderij. Het fokken van vossen werd al in 1995 verboden en in 1998 ging het verbod voor chinchilla’s in. Door een ruimhartige overgangsregeling mochten bestaande fokkers echter nog tot 2008 doorgaan. Sinds 2013 geldt een nertsenfokverbod, maar ook nu mogen fokkers hun bedrijf nog doorzetten tot 2024.

Als we het er als maatschappij over eens zijn dat bepaald gedrag immoreel is, dan moet je daar mensen niet nog meer dan tien jaar lang mee laten doorgaan, met enkel en alleen een financieel argument. Nertsenfokkers jammerden de afgelopen tijd in de media dat hun gezin afhankelijk is van hun bedrijf. Maar, tenzij hun kinderen de 25 jaar al gepasseerd zijn, is dat een kwestie van slecht vooruitkijken.

Dat nertsenfokkerijen nog vier jaar lang onderdeel uitmaken van onze samenleving, knaagt aan mijn rechtvaardigheidsgevoel. Ik wil niet leven in een maatschappij waarin zo wreed wordt omgegaan met dieren. En u volgens mij ook niet. Overheid, help ons.

Dat nertsenfokkerijen nog zo lang onderdeel uitmaken van onze samenleving, knaagt aan mijn rechtvaardigheidsgevoel

Tags: , ,


About the Author

is onafhankelijk (onderzoeks)journalist en schrijft over sociale en ecologische kwesties, zoals armoede, klimaatverandering en de keerzijde van de consumptiemaatschappij. Haar publicaties verschijnen onder meer in OneWorld, NRC en Vrij Nederland.



Comments are closed.

Back to Top ↑