Published on juni 21st, 2019 | by Irene van den Berg
0De hele zomer geen nieuwe kleren
Geen nieuwe bikini, slippers of korte broek deze zomer. Actieplatform CollAction wil minstens tienduizend mensen bewegen drie maanden lang geen kleding te kopen. En vraagt daarmee aandacht voor de vervuiling van de kledingindustrie.
Wie een T-shirt van 3 euro koopt, voelt waarschijnlijk wel aan dat er van dat geld weinig zorg aan mens en milieu kan worden besteed tijdens de productie. Onze kleding zou fors duurder zijn als textielarbeiders netjes betaald zouden worden en als de kosten van milieuvervuiling in de prijs van kleding zou zitten. Maar het is heel lastig om hier als eenling iets aan te doen. Natuurlijk kun je het T-shirt in de winkel te laten liggen, maar op wereldschaal maakt dat bar weinig uit. Toch?
Het ‘druppel op gloeiende plaat’ argument is vaak reden om iets niet te doen, stelt Ron van den Akker, oprichter van CollAction. Het platform wil mensen bijeen brengen om samen actie te ondernemen. Crowdacting noemt Van den Akker dat. Dat moet een oplossing bieden voor ‘Collectieve Actie Problemen’: problemen waar we allemaal aan bijdragen, doordat het niet in ons individueel belang lijkt om ons handelen te veranderen. Voorbeelden zijn dierenleed in de bio-industrie, kinderarbeid en klimaatverandering. “Mensen denken vaak: als ik die kiloknaller of dat goedkope T-shirt niet koop, dan doet een ander het wel. Bij crowdacting gaat dat argument niet meer op”, aldus Van den Akker.
Iedereen kan een actie starten op het platform. Het Slow Fashion Season – als tegenhanger van fast fashion met lage prijzen en snel wisselende collecties – is er eentje van CollAction zelf. Vrijdag start de actie: de bedoeling is dat tienduizend mensen van over de hele wereld deze zomer geen kleding kopen. Kleding ruilen of tweedehands kleding kopen mag wel. Rondom de actie worden verschillende activiteiten georganiseerd, zoals kledingswaps. De actie gaat alleen van start als het quotum van tienduizend is gehaald, en dat is inmiddels gebeurd.
De nadruk ligt op het milieu: bij tienduizend deelnemers levert de actie een besparing op van grofweg 300 miljoen liter water. En wordt er één miljoen kilogram CO2 minder uitgestoten, volgens een ruwe schatting van CollAction. “Er is veel aandacht voor de slechte arbeidsomstandigheden in de kledingindustrie. Maar weinig mensen beseffen hoe vervuilend de kledingindustrie is”, zegt Van den Akker. Vorig jaar organiseerde CollAction de actie ook al. Toen deden meer dan 2.500 mensen mee. “Het moet een jaarlijkse actie worden, maar dan met steeds meer deelnemers”, zegt Van den Akker.
Drie maanden kleding kopen klinkt misschien als een behoorlijke opgave. De realiteit is dat onze kledingkasten uitpuilen: de garderobe van Nederlanders bestaat gemiddeld uit 173 kledingstukken, waarvan we er zo’n vijftig het afgelopen jaar niet hebben gedragen. Nederlanders kopen gemiddeld zo’n 46 nieuwe kledingstukken per jaar bij, zo blijkt uit onderzoek van MVO Nederland. “Dat komt door de lage prijs in combinatie met het gemak waarmee je kleding online kunt bestellen. Bovendien is er iedere keer weer een nieuwe hippe collectie, waarmee we worden verleid”, zegt Babette Porcelijn, auteur van De verborgen impact en ambassadeur van het Slow
Fashion Season.
Is het Slow Fashion Season dan ook geen druppel op een gloeiende plaat? “Niet als de deelnemers na de actie hun duurzame koopgedrag voort zetten om ze bewust zijn van hoeveel ze eigenlijk kochten. En doordat ze ontdekt hebben hoe leuk het kan zijn om kleding te ruilen, of omdat ze hun eigen kledingkast herontdekt hebben,”, zegt Van den Akker. “Ga shoppen in je eigen kledingkast”, vult Porcelijn enthousiast aan. “Het is leuk om nieuwe combinaties te maken met je eigen kleding. Soms is kledingstuk weer helemaal van nu, enkel en alleen door een boordje om te slaan.
Porcelijn berekende voor haar boek wat de milieu-impact is van één spijkerbroek. De katoenplanten voor één jeans hebben ruim 2.500 liter water en 10m2 landbouwgrond nodig. Bovendien komt er 32 kilogram CO2 vrij, evenveel als bij 150 kilometer autorijden. En dan zijn de chemicaliën voor het verven en bleken ook nog eens erg schadelijk voor het milieu. “Ik kan me voorstellen dat we na ‘vliegschaamte’ nu ook ‘koopschaamte’ in ons vocabulaire opnemen”, zegt Porcelijn. “Je kunt best af en toe een mooie broek of jurk aan te schaffen, maar de schaal waarop we nu kleding kopen, is niet houdbaar.”
‘Ik kocht vaak ondoordacht een bloesje’
Ina Vos (63): “Impulsaankopen doe ik niet meer sinds de actie van vorig jaar. Mijn dochter wees me erop en ik wilde graag met haar meedoen. Maar ik vond het wel een enorme uitdaging. De zomer is toch de tijd van de uitverkoop. En ik kocht best vaak ondoordacht een bloesje of een rok. Gewoon omdat ik het leuk vond, en het niet duur was. En dan kwam het terecht bij alle andere kleding in de kast.
Maar ik heb het volgehouden. En sindsdien koop ik echt veel minder kleding. En ik ben over het onderwerp blijven praten. Over dat we beter voor de wereld moeten zorgen en niet alles klakkeloos moeten kopen. En hoe verschrikkelijk de kinderarbeid in de kledingindustrie is: kinderen moeten kind kunnen zijn.
De reacties uit mijn omgeving zijn helaas niet erg positief. Wat maakt die drie maanden geen kleding kopen nou uit?, zeggen ze dan. Toch doe ik dit jaar weer mee. Misschien kan ik er weer andere mensen over vertellen. Dat is mijn missie.“
‘Tweedehands vind ik een uitkomst’
Marije Douma (39): “Heel moeilijk zal het voor mij niet worden om drie maanden geen kleding te kopen. Ik koop bijna al mijn kleding tweedehands. Alleen ondergoed en basics als T-shirts schaf ik nog nieuw aan. Dan let ik heel goed op wat ik koop, maar uiteindelijk is geen enkel merk 100 procent duurzaam of verantwoord. Dus dan moet ik toch concessies doen. Daarom vind ik tweedehands kleding zo’n uitkomst. Dan kan ik gewoon kopen wat ik mooi vind. Op Marktplaats kan ik bijvoorbeeld veel vinden.
Ik ben best kritisch. Ik heb een mode-opleiding gedaan. Dat is inmiddels twintig jaar geleden en toen was er nog weinig aandacht voor de milieu-impact van de kledingindustrie. Dat besef kwam bij mij later pas, doordat ik meer over duurzaamheid ging lezen. Ik ben nu de eigenaar van een winkel in tweedehands kinderkleding. Ik weet hoe ik tweedehands pareltjes kan vinden. En mijn kinderen van 5 en 8 doen dus ook mee
met de uitdaging.”
‘Ik ben niet zo’n fashionista’
Daan Custers (25): “Toen ik hoorde van het Slow Fashion Season wilde ik meteen meedoen. Dit soort initiatieven zijn belangrijk om mensen na te laten denken over massaproductie. Voor deze actie heb ik eens in mijn eigen kledingkast gekeken hoeveel ik zelf eigenlijk koop: ik kwam uit op 7 stuks nieuwe kleding, 3 paar nieuw ondergoed en 4 stuks tweedehands kleding in de afgelopen 10 tot 12 maanden. Dat is meer dan ik had gehoopt. Maar gelukkig nog steeds wel flink wat lager dan het gemiddelde.
Ik probeer me sinds een paar jaar te focussen op kleding die niet uit de mode raakt. Bijvoorbeeld een standaard spijkerbroek met een wit T-shirt of donker overhemd. Ik zie er dan altijd verzorgd uit, terwijl het niet overkomt als ‘zó 2015′. Dat was voor mij wel een kleine openbaring: ik hoef niet meer na te denken of m’n kleding wel past bij deze tijd. Ik ben niet zo’n fashionista dus elke dag een outfit uitzoeken is niet aan mij besteed. Ik maak het mezelf makkelijk door aan een bepaalde stijl vast te houden.”